Het laatste weekend als koningin voor Beatrix en voor mij de laatste dagen om de Strava “Spring Classics Challenge” te volbrengen. Voor de challenge – 1.319 kilometer in april – moest ik nog zo’n 350 kilometer, maar aangezien ik ook maandag en dinsdag nog had, zou dat wel goed komen.
Voor de zaterdag twijfelde ik lang tussen de Rabo Tulpenronde “om de hoek” (Marknesse) en de Stefan Willemen Classic vanuit Schijndel. Dat er uiteindelijk nog vier teamleden van het legendarische “Team AD6 Tweets” aan de start zouden verschijnen in Schijndel, vereenvoudigde de keuze…
Stefan had een route van zo’n 120 kilometer uitgezet, waarvan lange stukken mij inmiddels zowaar bekend zijn. Het was dan ook de derde keer in twee weken dat ik zijn achtertuin fietste. De V4CH Den Bosch, een rondje Tilburg en nu deze rit.
Het tempo zou wel wat lager liggen dan “normaal gesproken”, maar rust is ook een goede training 🙂
Nadat mijn band vóór vertrek spontaan plofte en we die gewisseld hadden, vertrokken we even voor elf uur richting het zuiden – het vooruitzicht op de terugweg dan wind tegen te hebben, vond niemand echt een probleem, want dan kon Cyclopaat mooi op kop gaan rijden.
Via Boxtel, Oirschot, Middelbeers en Bladel, werd bij Postel het verste punt bereikt en bij de Kaasboerin was de koffie met speculaastaart erg lekker.
Hierna ging het verder via Eersel, Duizel en Knegsel richting Eindhoven, alwaar een extra lusje werd ingelast omdat we qua kilometers niet uit dreigden te komen.
Een paar van de deelnemers had daar vast geen bezwaar tegen gehad, maar ze hadden weinig keus en bikkelden mee. Via Best, Son en Breugel en Sint-Oedenrode kwam Schijndel alweer in zicht.
Nog een lekke band op pakweg 7 kilometer van de streep mocht de pret niet drukken en tegen half vijf rolden we weer bij Stefan naar binnen.
Ik moest meteen door vanwege andere verplichtingen, maar de rest heeft vast nog lang zitten nagenieten, want er was ook pasta. Stefan en Charlotte bedankt weer en tot volgend jaar!
Zondag had ik de “Care 4 Bikes – Utrechtse Heuvelrugtocht” gepland, maar woensdag of donderdag DM-de (dat is de Twitter equivalent van SMS-en) Jan Brak mij dat zij voornemens waren om naar Almere te komen fietsen.
Ik had het boek van “Team Arnhems Meisje Fietst”, “Winnen doe je samen” destijds uiteraard ook gekocht, maar dat lag nog altijd in Arnhem. Dus wilden ze het “even komen brengen” en Arnhems meisje Myrthe Brak was er zelf ook bij – zeg dan maar eens “sorry, ik ben er niet”…
Bovendien was er – qua kilometervreten voor de challenge – natuurlijk niks aan de hand, want ik kon het team immers tegemoet rijden? Zo gezegd, zo gefietst, dus ik reed zondag richting Barneveld in de hoop dat we elkaar niet zouden missen.
In tegenstelling tot een paar weken terug, wist ik nu wel de route langs het Nijkerkernauw te houden en alleen door Nijkerk was het even lastig om de route te vinden – richtingaanwijzers in overvloed, behalve als je ze nodig hebt.
Vlak voor Harselaar ging het nog bijna mis en zat ik op de weg naar Voorthuizen. Ik twijfelde, keerde om en zag van de andere kant wel het bord. Ook het team reed verkeerd en zo scheelde het niet veel of we hadden elkaar toch nog gemist.
Maar uiteindelijk verliep het zoals gepland, vonden we elkaar en reden we gezamenlijk weer terug naar Almere, waar Paula ons verwende met het typische fietsersvoer: koffie, cola, appeltaart met slagroom en gevulde koek. Een fietser leeft echt heel erg gezond en ziet enorm af…
Nadat Myrthe “mijn” exemplaar van het boek had gesigneerd, bracht ik het team weer tot in Nijkerk. Bij thuiskomst, wederom gesloopt door de wind, had ik 140 kilometer op de teller. Het team AMF reed er denk ik zo’n 165-170, hetgeen “iets” meer was dan wat Jan ze had voorgeschoteld 🙂